7
- 1 -
Op de flat
Tik... tik... tik... Rens wordt wakker van een vreemd geluid. Het
is nog donker. Slaperig probeert hij na te denken. Wat voor dag
is het vandaag? En wat is dat voor een vreemd geluid?
Hoor, daar is het weer. Tik... tik... tik... Het is vlak bij zijn oor.
Opeens is Rens klaarwakker. Nu weet hij alles weer. Ze zijn gis-
teren verhuisd! Verhuisd van een dorp naar een stad. Verhuisd
van een rijtjeshuis in een groot dorp naar een flat vijf hoog in de
stad. Hij zucht. Alweer verhuisd!
In het vorige huis hebben zemaar twee jaar gewoond. Daarvoor
woonden ze op een klein dorp, dicht bij opa en oma. Daar weet
hij weinig meer van. Hij weet nog dat opa kippen had en oma
vaak zat tebreien. Jammer dat zedaar niet zijngebleven! Jammer
dat hij er niet zo veel meer van weet.
Papa is chauffeur. Hij heeft al veel verre reizen gemaakt naar het
buitenland. Mama was vaak dagenlang alleen. Eén reis weet hij
nog heel goed. Papa bleef wel een paar maanden weg. Dat was
een vreemde tijd. Mama was altijd zo stil. En toen papa einde-
lijk thuiskwam, was hij ook stil. Hij stoeide niet meer met hem
zoals eerder en kon zomaar op de bank een poos stil voor zich
uit kijken. Wat was dat een nare tijd! Ze zijn toen verhuisd naar
een groter dorp. Maar mama wilde altijd dat hij binnen speelde
met de zusjes. Of in de tuin. En nu zijn ze alweer verhuisd. Ver-
huisd naar de stad! Op een flat nog wel. Wel spannend, maar of
het leuk is?
